Bekijk en bewonder:  Utile Dulci in de loop der tijd

De eerste openbare voorstelling van UD: 'Het Donkere Punt' in zaal Odeon op 30 december 1912

Oprichting

Utile Dulci is op 11 november 1911 opgericht door scholieren en docenten van het Stedelijk Gymnasium en de Rijks HBS in Schiedam. In 1912 speelde UD haar eerste openbare voorstelling. Daarna volgde een reeks van voorstellingen in Schiedam en omgeving, vaak voor goede doelen.

Scroll naar beneden voor tal van wetenswaardigheden over onze boeiende geschiedenis

UD en de goede doelen

‘De Vereeniging zou, zo stelden de ondergeteekenden zich voor, ten doel hebben de bevordering van het toneelspel hier ter stede, met de bijbedoeling eventuele batige saldi van te geven uitvoeringen te bestemmen voor liefdadige doeleinden’. De ondergetekenden waren A.M. de Jong en P.J. Blom. Zij zonden op 5 november 2011 een rondschrijven met bovengenoemde zinsnede aan verschillende leerlingen van de HBS en het Gymnasium in Schiedam om te komen tot de oprichting van Utile Dulci. En zo geschiedde. De eerste vijftig jaar van haar bestaan trad UD bijna altijd op ten bate van goede doelen of belangeloos voor maatschappelijke organisaties zoals de Burgerwacht.

Gezondheidskoloniën

Het eerste jaar trad de pas opgerichte toneelvereniging nog op in besloten kring. Pas op 30 december 1912 speelde UD de eerste officiële voorstelling en wel voor de Schiedamsche Gezondheidskoloniën. Een goed doel waar UD vijftig jaar na de oprichting nog steeds voor speelde. De eerste voorstelling bracht f 303,81 (± €138 ) op. Een enorm bedrag in die tijd. Het bleef niet bij die ene keer. In januari 1913 volgde een voorstelling ten bate van het ‘Onderwijs aan Herstellende Kinderen’ in buurstad Vlaardingen. Deze voorstelling bracht nog f 6,72 (±€ 3,05) meer op. Tot 19 november 1921 werd nog zes keer voor de Schiedamsche Gezondheidskoloniën gespeeld. Ook de Vereeniging tot Bestrijding van Tuberculose mocht zich prijzen met een optreden van UD, al bracht de eerste voorstelling in december 1918 in gebouw Odeon slechts f 53,39 (±€ 24,27) op, de tweede voorstelling die bijna een jaar later werd gegeven, maakte dit weer helemaal goed. UD gaf na afloop hiervan f 302,71 (±€ 137,60) aan deze Vereeniging. De Vereeniging tot Bescherming van Zuigelingen in Schiedam kon eveneens geld tegemoet zien na een optreden van UD in 1921 en wel f 507,85. Op 11 november 1921 ging de opbrengst (f 351,44) van het jubileumstuk Timm Boots zelfs na drie goede doelen: de Schiedamsche Gezondheidskoloniën, TBC-bestrijding en Bescherming van Zuigelingen. De goede doelen beperkten zich niet tot Schiedam. In de eerste tien jaar van haar bestaan trad UD naast Vlaardingen op in Gouda voor de kinderbewaarplaats (f 325,55) en in Maassluis, ook weer voor de Vereeniging ter Bestrijding van Tuberculose en voor het Groene Kruis, terwijl op 3 mei 1921 in Vlaardingen nog werd gespeeld ten bate van het Visschers Weduwe en Wezenfonds.

Schiedamse Gezondheidskolonieen
Utile Dulci heeft meer goede doelen gesteund. Lees meer.

Zedelijke Verbetering van gevangenen

In totaal haalde UD tussen 1911 en 1921 f 6361,81 op voor de goeden doelen. In de volgende twee en half jaar werd ruim f 3000 bij elkaar gespeeld. De Toneelvereeniging had het druk; in 1923 werd tien keer opgetreden voor goede doelen, onder meer voor de Vereeniging voor Armenzorg en tegen Bedelarij in Schiedam. Naast de buurgemeenten van Schiedam trad UD ook op in Voorschoten en Rijswijk. In Voorschoten waren het Groene en het Rode Kruis de gelukkige, in Rijswijk het Nederlands Genootschap ten behoeve van de Zedelijke Verbetering van Gevangenen. In de jaren tot het 15 jarig bestaan nam het aantal voorstellingen voor goede doelen gestaag toe, maar de opbrengsten per voorstelling nam af, met als ‘ dieptepunt’ de f 20 bij een voorstelling voor het Nederlands Olympisch Comité in Gouda. Aan de andere kant leverde een optreden in het Haagse Theater Odéon voor een Rustoord voor zwakke Huismoeders f 740 op, het hoogste bedrag tot dan toe. Bij het lustrum van 1926 had UD in totaal f 13783,89 bij elkaar gespeeld.

Kindertehuis de Schakel

De faam van UD spreidde zich over den lande uit. Op 21 januari 1928 werd er in Bilthoven gespeeld, de woonplaats van voorzitter Linus Visser. De voorstelling in Concordia voor het Kindertehuis de Schakel bracht bijna f 400 op. UD trad daarna nog regelmatig in Bilhoven op en steeds kwam het batig saldo ten goede aan dit kindertehuis. Vijf dagen later reisde het hele gezelschap naar Leiden, waar in de Leidsche Schouwburg slechts f 143,01 werd opgehaald voor de Leidsche Buitenschool. Ruim een jaar eerder – op 24 november 1926 – werd ook voor dit doel gespeeld en toen was het batig saldo f 350. Op 29 april 1929 werd nogmaals voor dit doel opgetreden op dezelfde locatie, toen speelde UD f 432,63 bij elkaar. Nog vermeldenswaard is het optreden op 11 november 1926. UD bedacht met de lustrumopvoering vier liefdadigheidsinstellingen in Schiedam, opbrengst f 300, ofwel f 75 per vereniging. Na 20 jaar en 186 voorstellingen had het Dilettantentoneel in totaal f 20676,89 (± € 9398,59) opgehaald.

Bescherming van Zuigelingen

De volgende vijf jaar gaf UD 36 liefdadigheidsvoorstellingen en 36 gewone voorstellingen. De baten van jubileumvoorstelling op 11 november 1931 ‘ de Zeven Sleutels van Baldpate’ gingen zoals zo vaak naar de Schiedamsche Gezondheidskoloniën. Dat het geld ook daadwerkelijk gebruikt werd, blijkt wel uit een stukje uit de Nieuwe Vlaardingsche Courant, waarin op 19 april 1932 staat dat er ‘in 1931 23 kinderen op vakantie konden naar het vakantiehuis in Oostvoorne’. In 1932 werd ‘de Zeven sleutels van Balpate’ onder andere ook in Schoonhoven (voor de Vereeniging Schoonhovense Kleuterschool) en in Leiden gespeeld. Bij de laatste voorstelling kon f 580 worden bijschreven op de rekening van de Vereeniging Herstellingsoord ‘De Leidsche Buitenschool’. De economisch slechte tijden werden weerspiegeld in de opbrengsten. Die lagen over het algemeen tussen de f 100 en f200, met een uitschieter naar de al genoemde f 586,19 in Leiden op 6 februari 1932. In 1936 is de Stichting Hulp in Nood een belangrijke ontvanger van het batige saldo van de voorstelling van ‘Mijlpalen’, evenals het Groene Kruis. De jubileumvoorstelling ‘Mijlpalen’ in het Passagetheater in Schiedam in 1936 bracht een record recette op van f 1140,23. Na aftrek van de kosten kon UD f 1014,52 overhandigen aan de Vereeniging tot Bescherming van Zuigelingen die dat jaar 20 jaar bestond. Tot 5 mei 1936 had UD trouwens in 119 voorstellingen f 26.016,82 opgehaald, de lustrumvoorstelling van 11 november 1936 niet meegerekend.

Zwakzinnigenzorg

Op 8 november 1941 had UD in zijn 30 jarig bestaan 319 voorstellingen gespeeld, en f 35.000 voor goede doelen opgehaald. Een van die goede doelen in 1937 was de Vereeniging ‘Zwakzinnigenzorg’ voor de stichting van een werkinrichting voor zeer zwakzinnige meisjes. Deze werkinrichting moest er voor zorgen dat de meisjes na de dood van hun ouders in hun eigen bestaan konden voorzien, zodat ze geen beroep hoefden te doen op de staat. De stichting wilde de werkmaatschappij exploiteren zonder subsidie van provincie of gemeente. UD steunde dit initiatief van harte. Op 22 april 1937 werd de voorstelling ‘ Haar andere man’ in Musis Sacrum in Schiedam opgevoerd en werd er een bedrag van f 300 aan de Vereeniging Zwakzinnigenzorg gegeven. De penningmeester had er wel een opmerking bij: “ Het is door de jaren heen geen gewoonte geweest een dergelijk hoog batig saldo aan een Vereeniging af te dragen. Waar de Ver. Zwakzinnigenzorg nog f 300 nodig had om een werkinrichting voor meisjes te kunnen openen, heb ik gemeend voor een keer van deze regel te mogen afwijken, rekening houdend met het feit, dat het voor ons een satisfactie moet zyn de financiele sluitsteen te hebben geleverd voor opening van deze inrichting en Ud geen vereeniging, is die geld moet verdienen.” De penningmeester had het niet helemaal bij het rechte eind, daar UD op 30 november 1938 in Bilthoven het stuk Westerman & zoon speelde ten bate van Kindertehuis de Schakel en er f 324,70 werd afgedragen aan dit goede doel. Dit bedrag was wel inclusief de opbrengst van de Amerikaanse verloting. Ook bij latere voorstellingen, zoals op 11 januari 1939, voor de Vlaardingse Gezondheidskoloniën werd f 400 bijgeschreven op het conto van het goede doel. Op 4 mei 1940 werd er nog in Bilthoven gespeeld ten bate van Hulp in Nood (opbrengst f 186,20). Ook in de eerste oorlogsjaren speelde UD door. De laatste liefdadigheidsvoorstelling ‘Des Duivels Prentenboek’ was op 27 januari 1942 in de Harmonie in Vlaardingen. De opbrengsten kwamen ten goede aan de Nutsbewaarschool in die plaats. Op 14 februari 1942 ‘hief men zich zelf op’.

Schoonhovense Kleuterschool

Meteen na de oorlog herrees UD. Op 16 oktober 1945 werd in het kader van de Herrijzenis Tournée alweer een voorstelling gegeven, ‘De Butler’. De UD’ers speelden deze voorstelling op 16 november ook in Schoonhoven en wel ten bate van de Schoonhovense kleuterschool. Op 3 december volgde een optreden in de Leidsche Schouwburg voor de Stichting Nederland helpt Indië. Tot november 1946 speelde UD ongeveer f 1000 bij elkaar, onder andere voor de Schiedamse Gezondheidskoloniën, zodat de teller na 35 jaar op f 36.000 stond. Het lustrumstuk van 1946 ‘De Koninklijke Familie Cavendish’ kende verscheidene optredens voor goede doelen. Zo kwam de opbrengst van de lustrumuitvoering ten goede aan drie maatschappelijke organisaties: de Schiedamse Gezondheidskoloniën, TBC bestrijding en Zuigelingenbescherming. Dit stuk kende als goed doel daarna nog de kleuterschool in Schoonhoven, de Stichting Hulp in Nood in Bilthoven en het V.O.C.bouwfonds. Werd er vlak na de oorlog nog vaak voor goede doelen gespeeld, geleidelijke namen deze voorstellingen af. Zo werd in het seizoen 1947-1948 voor het laatst in Schoonhoven gespeeld voor de kleuterschool aldaar. ‘ Het duurtespook dwaalde rond in het kasboek van de Penningmeester. Verhoogde decorprijzen, sterk in prijs vermeerderde transportkosten enz. enz waren er de oorzaak van dat enkele onzer oude relaties de verbintenis met UD moesten verbreken aangezien de onkosten teveel zouden drukken op het saldo, dat voor liefdadigheid bestemd was’. In het lustrumboekje van 1951 staat voor het eerst ook geen bedrag genoemd dat is opgebracht voor liefdadigheid.

Watersnood

Als de nood aan de man kwam was UD echter paraat. Want na de Watersnoodsramp in 1953 gaf de toneelvereniging twee voorstellingen voor het rampenfonds. In totaal haalden de spelers f 1165,49 op. In 1954 ontvingen de Gezondheidskoloniën nog een bedrag van f 226,93 en werd er f 100 overgemaakt aan de Kankerbestrijding. Tot slot werd bij het 50 jarig bestaan in 1961 nog een keer opgetreden voor de Schiedamse Gezondheidskoloniën. Aan een lange traditie en heel veel geld, bijna f 38.000 voor goede doelen kwam een einde.

Erepenning

Vrijdag 11 november 2011 vierde de Schiedamse toneelvereniging Utile Dulci haar honderdjarige bestaan. In het kader van dat jubileum speelde de vereniging die avond een speciale voorstelling in het Wennekerpand. Het feest was compleet toen de vereniging na afloop van de voorstelling door de burgemeester van Schiedam werd verrast met de uitreiking van de Koninklijk Erepenning: “Hare Majesteit de Koningin heeft bij beschikking van 10 oktober 2011 bepaald dat toneelvereniging Utile Dulci in aanmerking komt voor de Koninklijk erepenning”. Burgemeester Leemhuis-Stout overhandigde de Koninklijke Erepenning na afloop van de jubileumvoorstelling aan Robert Nolet, destijds voorzitter van Utile Dulci.

Koninklijke Erepenning De Koninklijke Erepenning is een bijzondere onderscheiding die uitsluitend bestemd is voor verenigingen die tenminste een halve eeuw bestaan. De onderscheiding wordt alleen uitgereikt bij de viering van het vijftigjarig bestaand of een veelvoud van 25 jaar. Om voor een erepenning in aanmerking te komen dient een vereniging zich onder andere op haar terrein te onderscheiden. De vereniging en haar bestuursleden dienen te goeder naam en faam bekend te staan. De laatste keer dat in Schiedam een vereniging werd onderscheiden met een Koninklijke Erepenning was in 2009. De Schiedamse Cricket & Footballclub Hermes D.V.S. ontving toen de Koninklijke Erepenning in het kader van het 125-jarig bestaan.

Beelden van Tilly van Traa

Ons in 2015 overleden erelid Tilly van Traa (1918) was sinds 1937 actief lid van UD en heeft in bijna vierhonderd voorstellingen gespeeld. Tilly was de ‘Grande Dame’ van UD en speelde vaak de hoofdrol. Zij is jarenlang ook secretaris geweest van het bestuur en was een wandelend geheugen waar het gaat om de geschiedenis van UD.

Lustrum Koeriers

Tijdens ons eeuwfeest hebben we elf Lustrumkoeriers uitgebracht om met onze leden en donateurs terug te blikken op onze 100-jarige geschiedenis. Nu hebben we die lustrum koeriers ook online beschikbaar gemaakt. U kunt door middel van de knoppen de lustrum koeriers bekijken. Veel leesplezier.

Heeft u een vraag of mist u iets?